De boze dochter

De boze dochter

Audrey was pas drie, maar zij kon zó boos worden, veel te boos eigenlijk voor haar kleine lijfje. Het merkwaardige was dat er geen enkele reden leek te zijn om boos te worden. Ze leefde in een heel warm gezin met twee liefdevolle ouders en een zusje van bijna één jaar oud.
Haar vader zorgde voor het inkomen en haar moeder was thuis bij de kinderen.

Dit traditionele patroon had zich min of meer opgedrongen. De moeder had drie opvolgende banen gehad, maar door bizarre omstandigheden had ze in elke baan bijna een ernstig ongeluk gekregen, en na de derde keer besloot ze het noodlot voorlopig maar niet meer te tarten. Voor haar even geen baan meer.
Beide ouders hadden een sterke kinderwens, en toen Audrey geboren was bleef de moeder thuis. Gelukkig had Audrey’s vader een goed inkomen waardoor ze het dan ook goed konden bolwerken.

Boos zonder aanleiding

Al vrij snel na de geboorte begon Audrey’s boze gedrag. Er leek geen enkele aanleiding voor te zijn, en vooral haar moeder werd er soms helemaal radeloos van. Wat ze ook probeerden, niets leek te helpen. Net drie jaar oud, maar de kleine meid had al een hele reeks van allergietesten achter de rug; kleurstoffen, voedingsstoffen, de invloed van wifi, noem het maar op. Ze waren overgeschakeld op andere voeding, wat als bijkomend voordeel had dat het gezin nu bewuster met eten omging, echter tegen de boosheid leek het niet echt te helpen.
Audrey zelf was er ook heel ongelukkig onder, want ze begreep ook niet waarom ze steeds zo boos werd.

Wanneer we nu de achtergrond van de ouders gaan onderzoeken ontdekken we dat de moeder haar broertje verloren had toen zij nog heel jong was. Ze was dol op haar broertje, en ze heeft het enorme trauma nooit helemaal kunnen verwerken, de pijn was te groot. Het liefst was ze haar broertje achterna gegaan. Alles beter dan gescheiden zijn van hem. Dat gevoel is nooit meer weggegaan. Een deel van haar ziel is nog steeds bij haar broertje en, zonder dat ze dat zich bewust is, wil de rest van haar ziel er achteraan.
Audrey pikt die onbewuste trek naar de dood van haar moeder haarscherp op, en voelt dat ze haar moeder dreigt te verliezen. Natuurlijk is ook dit een onbewuste, maar zeer krachtige beleving. Audrey doet er dan ook alles aan om haar moeder hier, bij de levenden te houden. Haar boosheid heeft hier vooral de functie om er voor te zorgen dat de moeder alle aandacht in het hier en nu nodig heeft, zodat ze niet zal gaan.

De helende beweging voor dit gezin is dat de moeder alle pijn en alle verdriet alsnog helemaal toelaat en het rouwproces om haar dode broertje kan doorleven. Wanneer dat er helemaal kan zijn, kan ze haar broertje bij de doden laten en zelf haar eigen plek bij de levenden innemen.
Tegen haar dochtertje kan ze dan innerlijk zeggen: “Mijn lieve kind, ik blijf”.

Nog geen reacties

    Reageer op dit artikel

    Top