De boze dochter
Audrey was pas drie, maar zij kon zó boos worden, veel te boos eigenlijk voor haar kleine lijfje. Het merkwaardige was dat er geen enkele reden leek te zijn om boos te worden. Ze leefde in een heel warm gezin met twee liefdevolle ouders en een zusje van bijna één jaar oud.
Haar vader zorgde voor het inkomen en haar moeder was thuis bij de kinderen.