Het recht op rouw bij echtscheiding

Het recht op rouw bij echtscheiding

Een verlies kan je overkomen of je kunt er (in meer of mindere mate) zelf voor gekozen hebben. Welke van de twee dan ook, beiden gaan gepaard met afscheid, pijn verdriet en rouw. Een verlies door de dood is een andersoortig verlies dan een verlies bij leven door bijvoorbeeld een echtscheiding.

In het geval van een echtscheiding zal menigeen meer compassie voelen voor degene die het verlies is overkomen, dus degene die verlaten is. Die persoon wordt gezien als een slachtoffer van de omstandigheden en heeft daardoor het recht om verdrietig te zijn en pijn te voelen. Het verdriet en de pijn van de persoon die actief uit de relatie is gestapt wordt vaak niet gezien of niet erkend.
Vanuit de conditionering dat we het ‘juiste’ moeten doen in het leven (waarmee meestal bedoeld wordt, het juiste doen voor een ander) wordt iemand het spreekwoord voorgehouden; ‘wie de billen brandt moet zelf op de blaren zitten’. De kerkelijke grondslag om een goed mens te zijn dringt hier diep in door, evenals het patroon van willen redden of het moeten dragen van mensen die slachtoffer zijn.

Het beëindigen van een relatie vraagt de moed om te handelen. Doordat dit gepaard gaat met schuldgevoel en angst kan het zijn dat er in de eerste periode weinig of geen ruimte is voor het eigen verdriet. Je komt in een overlevingsstand terecht, al gaat het ogenschijnlijk goed met je. Deels is dat ook zo omdat er een last van je is afgevallen en je niet meer in een disfunctionele relatie zit. Maar daarnaast kan het door die overlevingshouding een hele poos duren voordat het verdriet van de verbroken relatie zich aandient.

Dit kan nog meer pijn geven bij degene die verlaten is met alle (foute) conclusies van dien:
Zie je wel, hij of zij heeft nooit om me gegeven. Of ‘Hoe kan iemand gewoon zo doorgaan terwijl ik zoveel verdriet heb, wat harteloos!’. Hiermee bekrachtigt ‘de verlatene’ zijn of haar pijn en slachtofferschap in feite nog meer.
Soms is de pijn zo groot dat het ‘slachtoffer’ zich gerechtvaardigd voelt om dat gevoel om te zetten naar daderschap. Jij hebt mij pijn gedaan dus ik heb het recht om jou pijn te doen. Secundaire emoties en wraakgevoelens nemen het over, waardoor het lang(er) kan duren voordat de oorspronkelijke en primaire pijn van het verlies gevoeld en doorleefd kan worden. En als er kinderen in het spel zijn, dan heeft deze warboel van emoties natuurlijk een enorme weerslag op hen. Zowel in uitgesproken als in onuitgesproken taal.

In welke positie je ook terecht bent gekomen (ben je gegaan of ben je verlaten), er moet ruimte zijn voor beiden om te rouwen, het is een gedeeld verlies. Iedereen rouwt op een eigen manier en in zijn of haar eigen tijd. Hier is geen draaiboek voor. Neem verantwoordelijkheid voor jouw eigen pijn. Trek geen ongefundeerde conclusies om je eigen pijn en gedrag wat daaruit voortkomt te rechtvaardigen. Je hebt geen enkel idee waar de ander zich emotioneel bevindt, tenzij je daar vanuit respect met elkaar over kunt communiceren. Richt je pijlen niet naar buiten maar neem je verbandtrommel mee naar binnen.
Herinner je de momenten van liefde en koester deze. En leer de lessen uit de pijn die er was en is.

Nog geen reacties

    Reageer op dit artikel

    Top